Op deze pagina kan je informatie vinden over de volgende onderwerpen die gerelateerd zijn aan de DO'S en DON'TS van onderzoeksdata:
De definitie van onderzoeksdata is erg breed. Alle digitale en niet-digitale informatie die wordt gegenereerd als onderdeel van het wetenschappelijke proces en waarop wetenschappelijke conclusies zijn gebaseerd, geld als onderzoeksgegevens. Denk hierbij aan metingen, spraak- en video-opnames, vragenlijsten, Excelsheets met observaties, SPSS-bestanden, maar ook grafieken en aantekeningen die je maakt.
Persoonsgegevens moeten worden beschermd, veilig worden opgeslagen en mogen niet openbaar worden gedeeld.[1]
Persoonsgegevens zijn alle gegevens die betrekking hebben op een geïdentificeerd of identificeerbaar levend persoon. Persoonsgegevens zijn dus:
Dus wanneer de identiteit van een persoon bekend is of wanneer de identiteit kan worden afgeleid, wordt alle informatie die je over deze persoon hebt als persoonsgegevens beschouwd. Om het botter te zeggen: als een persoon identificeerbaar is, wordt het geslacht van deze persoon net zo goed als persoonsgegevens beschouwd als de informatie over hun favoriete soort pizza.
Zoals hierboven vermeld, zijn er bepaalde soorten data die een persoon direct kunnen identificeren en dus altijd als persoonsgegevens worden beschouwd, bijvoorbeeld: namen, verjaardagen, adressen, postcodes, telefoonnummers, e-mailadressen en IP-adressen. Dit soort data worden vaak verzameld voor administratieve doeleinden. Andere soorten van dergelijke directe identificatiegegevens zijn foto's, video-opnamen en audio-opnamen; deze worden dus ook beschouwd als persoonsgegevens.
Data die niet direct een persoon identificeren, maar in combinatie met andere informatie tot een persoon herleidbaar zijn, worden ook beschouwd als persoonsgegevens. Wanneer je weet dat iemand een vrouw is, is dat bijvoorbeeld niet voldoende om de persoon te identificeren. Echter, wanneer je weet dat iemand een vrouw is met daarbij de informatie dat deze persoon de kanselier van Duitsland was, kom je al snel uit bij Angela Merkel. Dus wanneer een combinatie van informatie in je dataset kan worden gebruikt om een persoon (indirect) te identificeren, dan wordt je hele dataset als persoonsgegevens beschouwd en moet daarnaar worden gehandeld.
Je moet bijzonder voorzichtig zijn bij het verzamelen van zogenaamde bijzondere categorieën persoonsgegevens, zoals gezondheidsgegevens, politieke opvattingen, religieuze overtuigingen, iemands seksuele geaardheid enz.[2] Deze gegevens kunnen worden gebruikt om personen te discrimineren en mogen daarom alleen worden verzameld wanneer dit absoluut noodzakelijk is. Vraag de ethische commissie binnen je faculteit om goedkeuring wanneer je speciale categorieën persoonsgegevens wilt verzamelen.
Samenvattend, wanneer een persoon kan worden geïdentificeerd, wordt alle informatie die betrekking heeft op deze persoon als persoonsgegevens beschouwd. Identificatie kan gebeuren door middel van direct identificeerbare data of indirect door een combinatie van gegevens. Persoonsgegevens moeten zorgvuldig worden behandeld door ze goed te beschermen, veilig op te slaan en niet met anderen te delen. Bij het verzamelen van bijzondere categorieën persoonsgegevens gelden nog strengere regels.
DO'S
DON’TS
Voor meer informatie over privacy en security klik hier
[1] Het delen van persoonsgegevens is alleen mogelijk wanneer deelnemers hiervoor expliciet geïnformeerde toestemming hebben gegeven (informed consent). Dit mag alleen wanneer het absoluut noodzakelijk is en moet worden goedgekeurd door de ethische commissie van je faculteit.
Veilige opslag is belangrijk, of je nu met persoonsgegevens werkt of niet, want het voorkomt dataverlies en datalekken.
DO'S
DON’TS
Voor meer informatie over veilige opslag klik hier (ICT)
[3] Dit kan worden gedaan in het account portal. Je begeleider moet dan de volgende optie kiezen “Workgroup folder (with students): folder request” (“Aanvraag Werkgroepmap met studenten”)
Na afronding van je onderzoeksproject is het belangrijk om je data te archiveren in het kader van de wetenschappelijke integriteit. Door je data te archiveren, zijn ze controleerbaar voor anderen (bijvoorbeeld voor je begeleider of tijdens audits). Deze datasets worden niet openbaar gemaakt of gedeeld met andere onderzoekers, maar zijn alleen toegankelijk voor mensen zoals je begeleider.
Wat moet je archiveren?
Archiveer alle data die relevant en noodzakelijk zijn voor een buitenstaander om je analyse en conclusies te kunnen reproduceren. Als je twijfelt over wat je moet archiveren, bespreek dit dan met je begeleider.
Het is een goede gewoonte om documentatie toe te voegen aan je data. Deze documentatie beschrijft je data en zorgt ervoor dat je dataset over een paar jaar nog steeds begrijpelijk is. De bestanden die idealiter in een dataset moeten worden opgenomen, zijn:
Zoals hierboven beschreven, moeten persoonsgegevens die je niet nodig had voor je conclusies zo snel mogelijk worden verwijderd en niet worden gearchiveerd om de privacy van je deelnemers te beschermen
Archiveren in RIS for students
NB: Archiveren in RIS for students is nog niet voor alle studenten mogelijk. Van studenten Communicatie- en Informatiewetenschappen en International Business Communication van de Faculteit der Letteren wordt verwacht dat zij hun datasets archiveren in RIS for students. Op deze website vind je hier een handleiding voor. Andere studenten wordt aangeraden hun data te archiveren in een werkgroepmap.
Archiveren in een werkgroepmap
Het is ook mogelijk om je data te archiveren in een werkgroepmap waar je begeleider ook toegang tot heeft.
Het is ook mogelijk om je data openbaar te delen, bijvoorbeeld in het DANS EASY archief. Hierdoor kunnen andere onderzoekers je data hergebruiken voor hun eigen doeleinden. Houd er rekening mee dat het openbaar delen van data geen standaardprocedure is voor studentenprojecten en meestal niet vereist is. Als je onderzoek echter wordt gepubliceerd en/of je begeleider en jij denken dat je data waardevol kunnen zijn voor hergebruik, dan zijn er verschillende opties die je kunt verkennen. Praat met je begeleider over je mogelijkheden.
DO'S
DON’TS
Dataset title: Good arguments or a charming narrator? Exploring a text’s persuasiveness through eye-tracking
Student: Sanne Huisman (s123456)
First supervisor: dr. Lisa Begeleider
Second reader: dr. Ton Lezer
Short summary
This dataset contains all relevant data files for the thesis Good arguments or a charming narrator? Exploring a text’s persuasiveness through eye-tracking, written by Sanne Huisman to obtain the degree of Bachelor of Arts and conclude the bachelor’s programme International Business Communication at Radboud University. This research was conducted at the CLS Lab in the spring of 2019 and supervised by dr. Lisa Begeleider and dr. Ton Lezer.
The goal of this thesis was to explore the persuasiveness of a text as a function of the quality of the presented arguments as well as the likability of the person making these arguments. While persuasiveness is often measured with questionnaires, we explored whether persuasiveness is also reflected in eye movements. A total of 78 participants took part in this study.
Dataset structure
This dataset contains a total of 8 files as well as two zip folders:
References
McCroskey, J. C., & Teven, J. J. (1999). Goodwill: A reexamination of the construct and its measurement. Communications Monographs, 66(1), 90-103. doi: https://doi.org/10.1080/03637759909376464